Zo wil Ford de hype van het afgelopen decennium rond klassieke modellen in een
nieuw jasje een nieuw leven in blazen.
Modellen als de Volkswagen Beetle, Chevrolet Camaro en Dodge Challenger
sjeesden de afgelopen tien jaar de showroom uit. Maar volgens Ford waren
vooral babyboomers verantwoordelijk voor dit succes. Hun kinderen kozen
liever modellen die niet deden denken aan rolschaatsdisco’s en
grammofoonplaten.
De laatste jaren staat de introductie van retromodellen niet garant voor
succes. Toyota introduceerde het retromerk Scion, maar de verkopen liggen nu
op maar een derde van de piek. Daarnaast lopen ook de verkopen van de
Volkswagen Beetle terug. Chrysler is zelfs gestopt met de productie van haar
retromodel PT Cruiser. Ford verkocht in 2011 maar de helft van het aantal
Mustang-modellen dan in 2006. Sinds 2005 heeft de Mustang weer een klassieke
look.
Daarom komt Ford met een Mustang die speciaal is ontworpen voor generatie Y,
de generatie die is geboren tussen 1980 en 1999 en nu massaal een auto gaat
kopen. Dat meldt de Wall
Street Journal.
Dit model moet weliswaar lijken op de ooit zo stoere modellen uit de jaren
‘60, maar weer helemaal worden aangepast aan de huidige trends. Wel houdt
het ontwerp de ronde koplampen en de karakteristieke grille in de vorm van
een haaienneus.
Risico's
Dat is een risico, zo zeggen analisten. “Ford had zo veel succes met de
retro-Mustang, dat er een groot risico is dat dit zich niet herhaalt, “ zo
zegt Rebecca Lindland, een analist van het onderzoeksbureau IHS Automotive
Inc. “Je moet het ontwerp veranderen, maar er is een risico dat deze te snel
of ingrijpend wordt veranderd.”
Hoewel het hoogtepunt al is bereikt, zijn babyboomers nog steeds een factor in
de automarkt. Naast retromodellen heeft de generatie ook het succes van vele
minivans, SUV’s en luxeauto’s op haar naam staan. Maar nu de oudste
babyboomers met pensioen gaan, loopt de periode dat de babyboomer een grote
klant is bij de autodealer ten einde.
De Mustang luidde met haar debuut in 1964 de periode in van de zogenoemde
‘pony cars’, stoere maar betaalbare sportwagens met een Amerikaanse look.
General Motors ging in de tegenaanval met de Camaro, en Chrysler voegde de
Dodge Charger en Challenger toe aan de generatie. In de jaren ‘70 voelden de
drie grote merken uit Detroit zich genoodzaakt om te stoppen met de
productie, als gevolg van oliemaatregelen en de toenemende concurrentie van
Japanse producenten.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl